De tegenwoordige tijd
Vervoeg onderstaande werkwoorden.
- Hij (spelen) ……………………………………… .
- Hij (worden) ……………………………………… dokter.
- (Worden) ……………………………………… je snel moe?
- (Worden) ……………………………………… je moeder snel boos?
- (Duiden) ……………………………………… de fout aan!
Hoe weet je of het nu met ‘t’ of zonder ‘t’ wordt geschreven?
Je zet eerst het werkwoord in de stam.
Daarna kan je de vervangingsmethode gebruiken. Bij de vervangingsmethode vervang je het moeilijke werkwoord door een gemakkelijk werkwoord, bijvoorbeeld door het werkwoord 'smurfen' (zie afbeelding).
Bijvoorbeeld: Ik laad de auto in. - ik smurf de auto in. -> geen -t
Hij laadt de auto in. - Hij smurft de auto in. -> wel -t
Smurfen
Ik smurf Wij/we smurfen
Jij/ je smurft Jullie smurfen
Hij/zij/het smurft Zij/ze smurfen
! Smurf jij?
Smurft je broer?
Smurft u?
(verbetering oefening: speelt - wordt - Word- Wordt - Duid)